Coach Nigel STanton

Nigel Stanton. Trainer, coach voor teams, organisaties en hun leiders. 

06-23332557 | Nigel@croeso.nu

Het boek Aanspreken. Gewoon Doen van Gytha Heins is inspiratiebron voor dit artikel en aanrader voor mensen die er meer over willen weten.

Over aanspreken gesproken (deel 1). WAAROM WE NIET DURVEN AANSPREKEN

Om de Coronacrisis te bestrijden is het cruciaal dat we ons allemaal aan de genomen maatregelen houden. Niet iedereen doet dat en we spreken elkaar er niet altijd op aan. Ook in de dag dagelijkse praktijk van teams en organisaties gebeurt het niet of nauwelijks. Dit is deel 1 van 4 artikelen over aanspreken. In dit eerste deel gaat het erover wat ons weerhoudt om iemand aan te spreken op zelfs iets wat we echt belangrijk vinden.

Aanspreken durven we niet

Aanspreken. We durven het niet.

Bij praatprogramma’s zoals Jinek, ‘Op 1’, in mijn directe omgeving, iedere dag weer hoor ik allerlei mensen zeggen dat ze anderen op straat eigenlijk aan zouden moeten spreken. In een adem door hoor ik mensen ook vertellen dat ze het niet gedaan hebben. Vooral in de weken dat de maatregelen nog wat soepeler waren. Zegmaar de tijd voor de introductie van het begrip de ‘inteligente lockdown’. Een bekend fenomeen dat ik ook herken van de teams en organisaties waar ik kom. Mensen praten er wel over maar doen het niet. Maar waarom denken we eigenlijk ‘ik zou er eigenlijk iets van moeten zeggen’ en doen we het uiteindelijk niet? Kort door de bocht, we durven het niet.  Het is een complex samenspel van diepgewortelde psychologische en sociaal cultureel ingegeven patronen. En zeg eens eerlijk, wie dacht er “het gaat er niet om dat ik niet ‘durf’ maar …”? Zo is het om te beginnen niet gewoon om in Nederland, in het westen, te zeggen ergens bang voor te zijn. Maar goed. Hoe het ook zij, we zeggen meer te moeten willen aanspreken dan we het daadwerkelijk doen. 

Ik denk wat anders dan ik zeg en doe

Van de week heb ik het ook weer eens ondervonden dat ik iets wat ik zag gebeuren voorbij liet gaan. Drie mensen samen op een bankje in het park. Niemand stapte erop af. Ik ook niet. Tientallen mensen uit de kwetsbare doelgroep op een ‘druk’ moment in de supermarkt.  Ik dacht, “jullie zouden hier nu niet moeten zijn en ik maak me daar zorgen om. Veel te gevaarlijk voor jou persoonlijk. Je kunt er levensbedreigend ziek van worden en bovendien bestaat er dan  de reële kans dat er daardoor teveel beroep op de ziekenhuizen gedaan moet worden. Morgenochtend kun je tussen 07:00 en 08:00 veiliger je boodschappen doen.” Maar wat ik denk is niet altijd wat ik zeg. Ik hield het voor me. Mijn excuus om het niet te doen? ‘Waarom zou ik er iets van moeten zeggen? Anderen doen het ook  niet. Misschien overdrijf ik het wel.’ Eerlijk gezegd was ik er bang voor om te horen te krijgen ‘waar bemoei jij je mee’.

Excuses en smoesjes om niet aan te hoeven spreken

We hebben allemaal onze excuses om niet aan te hoeven spreken. Als teamcoach hoor ik ze maar al te vaak. Ik noem er een aantal:

  • Het is niet mijn verantwoordelijkheid. Laat het winkelpersoneel, de handhavers of wie dan ook dat maar doen.
  • Ik heb daar nu even geen tijd voor.
  • Ik laat het maar even gaan. Hij heeft het nu zwaar genoeg.
  • Ik zeg er maar niks van want hij verandert toch niet.
  • Ik ben er echt helemaal klaar mee, ik zeg niks meer.
  • Misschien heb ik het mis en zie ik het toch verkeerd.
  • Ik wil geen zeur zijn.
  • enzovoort

Vijf redenen waarom aanspreken zo lastig is voor ons

Bij ons in de straat spreken we elkaar er niet op aan dat we niet aanspreken. We doen het dus gewoon niet terwijl we het er wel over hebben dat we het meer zouden moeten doen. Dit herken ik ook bij de organisaties waar ik als teamcoach word gevraagd om te helpen om een open aanspreekcultuur te ontwikkelen. Waarom is dit kennelijk zo lastig? Gytha Heins heeft een studie van drie jaar naar het fenomeen aanspreken gedaan en concludeert in haar boek “Aanspreken. Gewoon doen.” dat het een intrigerend samenspel is van van elkaar versterkende overlevingsmechanismen en oerinstincten die elkaar in standhouden.

1. We hebben een ongelofelijke hekel aan slecht nieuws brengen.

Het is voor ons geen keuze om emphatisch te zijn. Bij de een heel wat meer ontwikkeld dan bij de ander. Dat wel. Maar evengoed is het bij ons allemaal deel van ons menszijn wat je niet zomaar aan- of uitzet. Je wil iemand niet graag voor het hoofd stoten, kwetsen en dus liever geen kritiek geven.

2. We zijn kuddedieren en we willen bij de ‘tribe’ horen

We zijn net als kudde dieren. Als een grote groep anderen van jouw soortgenoten iets wel of niet doen ben je al snel geneigd daar in mee te gaan. Dus als anderen ergens niks van zeggen doe je het zelf ook niet zo snel. Bovendien hebben een diepgeworteld oerinstinct om niet uitgesloten te worden van de groep. Dat is een risico die we ten koste van veel vaak proberen te vermijden. We hebben de emphatie van anderen nodig om te leven dus proberen we die emphatie te krijgen en te houden.

3. Wij mijden risico en pijn

Een diep oerinstinct vertelt ons om pijn te voorkomen daardoor ervaren we de pijn met dingen die misgaan, dingen die we verliezen als twee keer zwaarder dan dan het gevoel van geluk bij winst (loss averion en negative bias). Dus niet zo gek dat we risico’s voor pijn mijden.

4. We overschatten onszelf

Mensen die ergens incompetent in zijn overschatten zichzelf daar vaak in. Dat is het Dunning-Kruger effect. Dus als het merendeel van de mensen aangeeft best aan te kunnen spreken maar het niet doen, zou het er dan ook mee te maken kunnen hebben dat we het gewoon niet zo goed kunnen?

5. We sturen op resultaten op korte termijn

De mensen zijn vooral bezig met wat de mogelijke gevolgen nu zijn en veel minder met wat het effect op langere termijn is. Door er nu wat van te zeggen loop ik de kans op gedoe met misschien een verandering in gedrag en als ik even wegkijk kan ik gewoon weer door maar verandert er niks. We kiezen liever voor de laatste variant.

Over aanspreken gesproken in 4 delen

In het volgende deel van 4 gaat het vooral over de interactie tussen de aanspreker en de aangesprokene. Aanspreken gaat de voor helft namelijk ook over de aanspreker. En weet je, veruit de meesten van ons zijn eigenlijk niet goed aanspreekbaar.

Deel 1: waarom we niet durven aanspreken

Deel 2: hoe dichttimmeren en ruimte laten de aanspreekcultuur beïnvloeden

Deel 3: waarom we ons niet laten aanspreken

Deel 4: aanspreekgesprek in acht stappen

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Hallo daar!